Blog |

De afgelopen jaren denk ik steeds vaker aan Laurens

de-afgelopen-jaren-denk-ik-steeds-vaker-aan-laurens

Bianca Mooi, GZ-psycholoog, schrijft over hoe belangrijk het is de ruimte die je als zorgverlener zou moeten nemen om echt contact te maken met de cliënt en daarnaast ook aandacht te besteden aan de persoonlijke motieven van zorgverleners.

Bianca Mooi, GZ-psycholoog

De afgelopen jaren denk ik steeds vaker aan Laurens

De afgelopen jaren denk ik regelmatig aan Laurens. Het is alweer ruim 20 jaar geleden dat hij mijn leidinggevende was bij mijn eerste baan als psycholoog in een gecombineerd verpleeghuis. Ik was daar de eerste psycholoog en moest de ‘nieuwe’ discipline implementeren. Laurens was de mening toegedaan dat je minstens één uur per week voor je uit moest turen om te reflecteren op hoe de zorg georganiseerd was en na te denken over hoe het beter kon. Die ruimte bezorgde me altijd enig ongemak, want ik voelde als ‘verse’ psycholoog de drang om concreet aan het werk te gaan, het liefst met heldere protocollaire behandelingen uit de gedragstherapie.

In de dagelijkse praktijk van tijdregistratie en werkdruk verlang ik steeds vaker naar vrij en onbekommerd nadenken over de zorg die we verlenen.  Onder het juk van evidence based of best practise richtlijnen, administratiedruk en regels van de zorgverzekeraars lijkt er nog weinig ruimte beschikbaar voor reflecteren en creativiteit. In ons team ambulante ouderenpsychiatrie streven we ernaar vanuit ‘mastery’ cliënten zorg te bieden. In het kort is het uitgangspunt bij ‘mastery’ dat je aansluit bij de taal, betekenisverlening en de mogelijkheden van de cliënt met als doel om de regie van de cliënt te bevorderen. De ruimte nemen om waarachtig contact te maken met de cliënt is daarbij zeer belangrijk. Het klinkt wellicht eenvoudig en de meeste zorg- en hulpverleners menen dit ook te doen, maar uit ervaring kan ik u zeggen dat het veel complexer is dan het op eerste zicht lijkt en dat veel professionals toch al snel in de valkuil belanden van de leidende klinische blik en richtlijnen of op zijn minst hiermee worstelen.

Deze visie vertegenwoordigt een mensbeeld die niet alleen op de cliënten, maar ook op de zorg- en hulpverleners van toepassing zou moeten zijn. Hoeveel ruimte voor ‘mastery’ is er eigenlijk in ons werk? Een cliënt die regie ervaart zal meer zelfbewustzijn ontwikkelen en positieve energie ervaren. Uit onderzoek is bekend dat circa 70% van het effect van enige vorm van psychotherapie toe te schrijven is aan de kwaliteit (de match) van het contact. Zou mastery bij de hulpverlener de kwaliteit van dit contact positief beïnvloeden?

In ons team besteden we structureel actief aandacht aan intervisie om stil te staan bij de persoonlijke motieven van de hulpverleners. Dat wordt door een ieder als zeer waardevol ervaren. Daarnaast stel ik me tegenwoordig minder plichtsmatig op en laveer tussen de regels en richtlijnen enerzijds en de mens die ik ontmoet anderzijds. Zo zijn we recent gestart met danstherapie onder leiding van een psychotherapeute/dansdocente binnen de deeltijdbehandeling. Het is prachtig om de lichamen te zien spreken en welke verhalen door het bewegen naar boven komen of door de deelnemers ontdekt worden. Nee, het staat niet in de richtlijnen en is vast ook niet best practise of evidence based, maar het geeft plezier en positieve energie. Na afloop tuur ik steevast een half uurtje voor me uit.

 

Bianca Mooi