Nieuws |

Nationale Drug Monitor: 25 jaar fundament voor Nederlands drugsbeleid

De Nationale Drug Monitor (NDM) bestaat 25 jaar. In oktober 1999 verscheen het eerste jaarbericht met cijfers en feiten over drugsgebruik in Nederland. Sindsdien is de NDM een belangrijk naslagwerk voor beleidsmakers en professionals in de praktijk. Lees meer over de geschiedenis en relevantie van de NDM op trimbos.nl.

Lees over wat anderen zeggen over de NDM en over de geschiedenis van de NDM.

25 jaar nationale drug monitor

De NDM bundelt alle relevante gegevens over drugs-, alcohol- en tabaksgebruik en biedt een interpretatie ervan.  Het is een uniek en wereldwijd een van de meest uitgebreide monitoringssystemen.

In de NDM staan cijfers over middelengebruik in de algemene bevolking en in specifieke groepen, zoals studenten, scholieren, uitgaande jongeren en kwetsbare jongeren. Ook volgen we de negatieve effecten van gebruik, zoals verslaving, gezondheidsincidenten en overlast. En ontwikkelingen op de aanbodsmarkt, zowel op het gebied van gezondheid als justitie.

“Wat heel mooi is, is dat de NDM niet alleen in kaart brengt welke kennis er is, maar ook welke kennis er nog ontbreekt op het terrein van monitoring en wat beleidsrelevant is”, vertelt Margriet van Laar, programmahoofd Drugs van het Trimbos-instituut. Als gevolg daarvan zijn bijvoorbeeld meerdere monitors in het leven geroepen, zoals de Monitor Drugsincidenten en het Grote Uitgaansonderzoek. En momenteel is er voor drugssterfte een Speciaal Register in ontwikkeling.

Bewijs voor goed beleid

Nederland is in de jaren ’70 begonnen met het ontwikkelen van een eigen drugsbeleid. Maar vanaf de jaren ‘80 groeide ook een behoefte om dit beleid meer te baseren op feiten en cijfers.  Uit buurlanden klonk kritiek op het Nederlandse drugsbeleid.

Bob Keizer was in die tijd net begonnen als hoofd van de afdeling Drugsbeleid bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Om ons drugsbeleid te verdedigen vroeg Keizer zich af: Wat hebben wij voor harde gegevens om daar tegenover te stellen? Waarom voeren wij dat beleid eigenlijk? En wat hebben wij voor bewijs dat het een goed beleid is?

Er ontstaan tal van onderzoeks- en monitoringsactiviteiten in Nederland. Maar er is weinig samenhang.  “Op die baaierd van onderzoeksactiviteiten moest een kap gezet worden. Een organisatie die dat bundelde en organiseerde”, vond Keizer. Het idee voor de NDM was geboren.

Toenmalig Minister Els Borst onderschreef deze behoefte en het plan voor een nationaal monitoringsysteem kreeg brede steun. In oktober 1999 is de eerste rapportage, het Jaarbericht 1999, verschenen.

Meer dan volksgezondheid, ook criminaliteit

Sindsdien is de NDM uitgegroeid tot een wijdverbreid naslagwerk. Sinds 2002 ondersteunt ook het ministerie van Justitie en Veiligheid (J&V) de NDM. Ook vanuit dit ministerie is er behoefte aan cijfers. Bijvoorbeeld, hoe zwaar drukt de drugsproblematiek op het justitiebeleid? En hoeveel inbeslagnames van drugs en overtredingen van de Opiumwet zien we? Voor de justitieonderdelen in de NDM werkt het Trimbos nauw samen met het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC).

Nieuwe en snellere monitoring

Tegenwoordig is er steeds meer behoefte aan snelle, realtime, gegevens. “En we zien ook dat drugsproblematiek vaak onder de radar blijft van landelijke onderzoeken, maar heel lokaal kan opduiken, zoals, GHB en ‘flakka’, en in bepaalde risicogroepen. Daar zullen wij op moeten inspelen met nieuwe vormen van monitoring, bijvoorbeeld rioolwateranalyses, snelle doelgerichte websurveys, monitoring van online drugsaanbod en fora waar gebruikers over drugs communiceren of het analyseren van drugsresiduen in spuiten waarmee drugs zijn geïnjecteerd”, aldus Margriet van Laar.

“En dat doen we niet alleen”, zegt Van Laar. Ook in Europees verband moeten we toegerust zijn op de veranderende drugsmarkt. “Tijdig en snel signaleren van risico’s en problematiek is belangrijk.”

Meer informatie:

Vind alle gegevens over drugs-, alcohol- en tabaksgebruik in de Nationale Drug Monitor